Verloop van de ontsluiting 

Het open gaan van de baarmoedermond noemen we ontsluiting. De ontsluiting ontstaat wanneer er goede ontsluitingsweeën zijn.

Bij 10 cm ontsluiting spreek je van volledige ontsluiting en wordt er gewacht op de persweeën. De snelheid van de ontsluiting is afhankelijk van meerdere factoren. Bijvoorbeeld of het de 1e of 2e (of meerdere) bevalling is, de kracht van de weeën en de ligging van het kind. Bij een eerste bevalling vordert de ontsluiting na de eerste 4-5 cm gemiddeld een centimeter per uur. Bij een tweede (of meerdere) bevalling gaat dit vaak een stuk sneller.

Verloop van het persen (uitdrijving)

Zijn de randen van de baarmoedermond niet meer te voelen, dan spreekt men van volledige ontsluiting (10 centimeter). Je merkt dat de weeën nu anders aanvoelen en dat je de neiging krijgt om mee te persen. Dit heet persdrang. Het is een reflex en is vaak moeilijk tegen te houden. Actief zelf meepersen heeft pas zin wanneer het kindje diep genoeg in je bekken zit. Is je kindje nog niet diep genoeg ingedaald, dan vraagt de verloskundige of gynaecoloog je om de persweeën nog weg te zuchten. Meestal duurt het persen bij een eerste kind tussen de 30 en 120 minuten. Bij een tweede (of meerdere) bevalling maximaal 30 minuten.